Een warmtepomp is een apparaat dat de daar opgeslagen zonne-energie via een koelmiddel van een omgeving met een lagere temperatuur (lucht, grond of water) overbrengt naar een omgeving met een hogere temperatuur.

Met behulp van een warmtepomp halen we gratis energie uit de omgeving voor verwarming of tapwater.  

Efficiëntie-indicatoren van warmtepompen: 

COP - prestatiecoëfficiënt De COP of warmtefactor is een getal dat aangeeft hoe vaak het toestel meer warmte produceert dan het verbruikte elektriciteit.

COP = verwarmingsvermogen kW / opgenomen vermogen kW

Hoe kleiner het temperatuurverschil tussen de warmtebron (grond, lucht, water) en de verwarmingsstroom, hoe hoger de warmtefactor.

 SPF - seizoensgebonden prestatiefactor SPF is de verhouding tussen warmte die gedurende het jaar (seizoen) wordt geproduceerd en verbruikte energie.

De SPF van de aardwarmtepomp is 3,5-4,5

De SPF van een lucht/water warmtepomp is 2,0-2,3

De SPF van een lucht/water warmtepomp is 2,0-2,2  

De levensduur van de warmtepompcompressor is ca. 80 bedrijfsuren.

Bij de juiste dimensionering van het verwarmingssysteem draait de warmtepomp gemiddeld 3000 - 4500 uur per jaar.

Het maximaal benodigde verwarmingsvermogen van een woonhuis per vierkante meter vloeroppervlak is ca. 0,06 kW (0,06 kW/m2). De maximale warmtevraag van een gebouw van 150 m2 is bijvoorbeeld 150 × 0,06 = 9 kW. Het elektriciteitsverbruik voor verwarming is onderverdeeld in: ca. 60% nachttarief en 40% dagtarief.